Een stad die kleurrijk is en daar trots op is
De diversiteit tussen de mensen wordt alsmaar groter, zeker ook in Mortsel. Dat zorgt voor sterke troeven, op voorwaarde dat we erin slagen iedereen samen te laten leven en gelijke rechten en kansen te bieden. Dat is vandaag niet het geval. Wij pleiten voor meer solidariteit en samenhang, terwijl in onze stad een reële sociaaleconomische ongelijkheid bestaat. Mensen moeten met elkaar concurreren voor schaarse sociale voorzieningen, krijgen te maken met racisme en discriminatie, ervaren dagelijks dat ze niet aanvaard en gewaardeerd worden. We willen geen concurrentie tussen mensen. We willen een stad die alle ongelijkheid daadwerkelijk bestrijdt. Daarvoor zijn genoeg sociale voorzieningen nodig. Racisme en discriminatie moeten kordaat aangepakt worden.
Meer achtergrondinformatie
Mortsel kent in de 21ste eeuw veel meer een kleurrijke samenleving dan voorheen. Dit is ook het geval in de rest van België, en zeg maar in de hele wereld.
Met ‘kleurrijk’ bedoelen we dan diversiteit in allerlei betekenissen. Niet alleen mensen met buitenlandse herkomst (25 % in Mortsel) geven meer kleur aan de samenleving, maar ook andere groepen zoals de ‘regenboog- of LGBTQ+gemeenschap’. Daarnaast zien we ook mensen en groepen met eigen, soms nieuwe, ideeën en praktijken met culturele, religieuze, artistieke, wetenschappelijke achtergronden. Diversiteit in een ruime betekenis dus, ook qua fysieke of mentale vaardigheden en beperkingen, al dan niet afhankelijk van de leeftijd of lichamelijke aandoeningen. Diversiteit ook in gezinsvormen waar men vaak niet zelf voor gekozen heeft. De rijkdom en schoonheid die we in onze wereld kennen, is het werk van al deze mensen. Iedereen is in staat met plezier en voldoening samen te leven en te werken met mensen die niet op alle vlakken op elkaar lijken, soms zelfs met meer plezier en voldoening..
De rechterzijde promoot de idee van een eigen gemeenschap met gemeenschappelijke kenmerken, waarden en normen. Extreem gaat dit zelfs naar de idee dat de eigen gemeenschap maar één huidskleur heeft, één gezinsvorm met één seksuele voorkeur, één pakket van religieus bepaalde waarden en normen, tot zelfs één eigen elite en één leider. Minder extreem leeft er ook een politieke opvatting van ‘de eigen gemeenschap met de eigen identiteit’, en wie daar niet kan of wil toe behoren zal er de gevolgen van dragen.
Zo kan een antisociaal beleid gevoerd worden waarbij de bevolking verdeeld wordt en groepen tegen elkaar opgezet worden. Langdurig zieken, éénoudergezinnen, anderstalige nieuwkomers, holebi’s, religieuze minderheden zijn dan groepen die buiten de norm vallen en niet direct op de steun van de gemeenschap moeten rekenen. In die politieke val mogen we niet trappen. We mogen ook niet vergeten dat extreem rechts haar racisme gebruikt om aan de macht te komen zodat ze een antidemocratisch, autoritair, repressief systeem kan installeren.
We hebben in dat verband nood aan de oorspronkelijke integratiegedachte. Die vertrekt vanuit de idee dat integratie een gemeenschappelijke opdracht is. De samenleving verandert voortdurend en vraagt van iedereen de bereidheid om zich binnen die nieuwe realiteit te ontwikkelen. De vraag tot aanpassing bij één enkele groep leggen, assimilatie, is fundamenteel oneerlijk en leidt onvermijdelijk tot sociale conflicten. We moeten ons juist verbinden met elkaar. Alleen samen kunnen we tot meer nieuwe realisaties komen en een vuist maken tegen het antisociaal beleid van de laatste jaren.
Wat wij willen
1. Een open stad waar iedereen meetelt
- We installeren terug een goed bemande en bemiddelde integratiedienst met een diversiteitsraad om alle maatregelen mee te helpen uitvoeren.
- We zorgen ervoor dat er in de stad genoeg sociale voorzieningen zijn, zodat er geen concurrentie is tussen mensen die het moeilijk hebben.
- We bieden een laagdrempelige lokale dienstverlening, die op een positieve manier rekening houdt met meertaligheid. In de diensten kan beroep gedaan worden op een tolk.
- We investeren in interculturele ontmoetingsplaatsen in de wijken, in het buurtwerk en in buurthuizen. Daar kunnen buurtbewoners elkaar op een laagdrempelige manier ontmoeten.
- Op het vlak van tewerkstelling engageren we ons om de tewerkstellingskansen van de diverse bevolkingsgroepen te verbeteren, onder meer door streefcijfers of quota vast te leggen. De stad streeft hetzelfde na voor de advies- en participatieraden.
- We zorgen ervoor dat alle scholen de diversiteit van de stad weerspiegelen en inhoudelijk aandacht besteden aan de geschiedenis en het gevaar van racisme en aan het vluchtelingen-thema.
- Meertaligheid is een troef. Naast de thuistaal van anders- en meertalige kinderen, zetten we in op een groter aanbod NT2 (Nederlands als tweede taal) voor de kinderen en hun ouders.
- We maken een plan om de schooluitval van jongeren uit de migratie en jongeren uit financieel zwakke gezinnen drastisch aan te pakken.
- Niet-Belgen betrekken we bij de politiek. Met ondersteunings- en informatiecampagnes zorgen we ervoor dat ze actief hun gemeentelijk stemrecht gebruiken.
Meer achtergrondinformatie
In de geglobaliseerde wereld van de eenentwintigste eeuw is Mortsel uitgegroeid tot een diverse stad. De stad verandert snel en dat betekent dat iedereen moet wennen aan de meer dan 100 nationaliteiten in de stad. De grootste buitenlandse groep vormen de Nederlanders, en daarna de Polen. Sinds de grote immigratiegolf rond 2015, kent Mortsel ook een groter aandeel burgers met niet-Europese herkomst die vaak naar Mortsel verhuisden na een periode in een andere Belgische stad of gemeente.
Diversiteit houdt grote troeven in, als we erin slagen iedereen gelijke rechten en kansen te bieden. Daarvoor moeten er voldoende sociale voorzieningen zijn — denk maar aan huisvesting — zodat er geen concurrentie wordt georganiseerd tussen mensen die met moeite toegang krijgen tot schaarse sociale voorzieningen.
We stellen vast dat het aandeel van mensen met niet-Europese nationaliteit gedaald is in de sociale huisvesting, iets wat trouwens in heel Vlaanderen het geval is. In Mortsel is daarbij het aandeel van mensen met een migratieachtergrond dat sociaal kan huren nog veel lager (1,9 %) dan in Vlaanderen (5,3 %). Hoger dan in Vlaanderen is het aandeel mensen met niet-Europese roots dat van een leefloon moet leven (4,3 % tegenover 3,3 %). Meer dan 10% geboortes in Mortsel gebeuren in arme gezinnen en 70% daarvan bij mensen met niet-Europese migratie-herkomst.
Het tekort aan werk, dienstverlening en sociale voorzieningen is een van de voornaamste aanleidingen van spanningen tussen werkende mensen. We zien 5 keer meer mensen met migratieachtergrond werken met precaire statuten zoals interim (7,5 %) dan het aandeel van autochtonen in die statuten (1,5%) in Mortsel. Relatief gezien zijn er in de allochtone groep 3 keer meer werkzoekenden (9%) dan in de autochtone groep (3%). Die herkomstkloof van 6 % is net zoals in Vlaanderen wel sterk aan het dalen sinds 2014. Opmerkelijk is dat het aantal werkzoekende allochtone vrouwen relatief veel hoger is in Mortsel dan in Vlaanderen. Ook bij de allochtone jongere werkzoekenden is de herkomstkloof groter dan in Vlaanderen.
Dit is deels te verklaren door de minder succesvolle schoolloopbanen. Kinderen uit een anderstalig gezin, om en bij de 20 % in Mortsel, kennen veel meer schoolse vertraging (16% tegenover 2%), en vroegtijdig schoolverlaten (21% tegenover 7%). De schoolachterstand bij jongeren van vreemde origine is een stuk hoger dan bij jongeren van Belgische origine. Iedereen met een beetje rechtvaardigheidsgevoel voelt aan dat dit niet kan. We maken een plan om de schooluitval van jongeren uit de migratie en van jongeren uit financieel zwakke gezinnen doortastend aan te pakken.
In een stad waar iedereen meetelt, heeft ook iedereen zijn of haar zeg. We informeren niet-Belgen daarom actief om zich te registreren voor de gemeenteraadsverkiezingen, waar zij kiesrecht hebben. Vandaag zijn nog veel te weinig mensen daarvan op de hoogte of zetten ze niet de stap om zich te registreren (slechts ongeveer 10 %). Participatie van nieuwkomers bevorderen we best ook op deze manier zodat ze meer betrokken geraken in de maatschappij.
Om diversiteit te doen slagen, moeten we afstappen van het besparingsbeleid en net meer investeren. Dit vraagt extra initiatieven in het onderwijs, de arbeidsmarkt, de woonmarkt, de gezondheidszorg en de sociale dienstverlening. Wij gaan niet mee in de culpabilisering van de anderstalige ouders. De publieke voorzieningen hebben hier serieus wat inhaal- en remediëringswerk op de plank liggen. Het is net de overheid die achterstanden en achterstellingen dient aan te pakken, niet de betrokkenen zelf die het sowieso al moeilijker hebben.
Wij kunnen dan ook niet akkoord gaan met het pestbeleid dat nieuwkomers verplicht 360 euro te betalen om de verplichte inburgeringscursus te betalen waarin Nederlandse taallessen, maatschappelijke oriëntatie en tewerkstellingsbegeleiding worden voorzien. Het is zeker een goed aanbod dat mensen snel kan laten participeren aan de samenleving, en in het bijzonder aan de arbeidsmarkt. Maar laten betalen? De arbeidsmarkt moet het als een geschenk beschouwen waar de maatschappij nauwelijks moet voor betalen. Maar rechts schermt met de ‘asielfactuur’ die moet betaald worden door de betrokkenen, een factuur om lesgevers en tewerkstellingsbegeleiders te betalen. Dat moet volgens ons door de overheid gedragen worden. Wij pleiten er dan ook voor dat nieuwkomers in Mortsel gratis het inburgeringsaanbod kunnen genieten.
Om de verschillende acties te realiseren om discriminaties weg te werken en emancipatie te bevorderen van mensen met migratieachtergrond, is er ook werk nodig om het draagvlak hiervoor te verbeteren: een veel positievere houding ten aanzien van diversiteit. In de Stadsmonitor, opgesteld door de Vlaamse Gemeenschap, stellen we vast dat er in Mortsel zeker 20 % van de bevolking het moeilijk heeft met de diversiteit in hun omgeving. In deze burgerbevraging stellen we ook vast dat er grote verschillen zijn in de houding tegenover diversiteit naargelang de ligging in het land. Steden en gemeenten met een diverse bevolking kennen een positievere houding ten aanzien van diversiteit. Dit loopt gelijk met het aantal collega’s, kennissen, vrienden, buren met een andere herkomst. Mensen met weinig contacten hebben een negatievere houding, en daar kan dan ook gemakkelijk aan gewerkt worden. Op lokaal vlak is het dus mogelijk weerwerk te bieden aan de negatieve sfeer tegen diversiteit die gevoed wordt door extreem-rechtse partijen, media en opiniemakers.
Om de ontmoeting tussen culturen, nationaliteiten en etnische groepen te bevorderen, investeren we meer in interculturele ontmoetingsplaatsen in wijken, in buurtwerk en in buurthuizen. Buurthuizen zijn bij uitstek plaatsen waar mensen elkaar ontmoeten, zichzelf sterker maken, hun netwerk versterken en dus beter kunnen deelnemen aan de samenleving. Ook in het onderwijs en via culturele initiatieven, moedigen we kennis en respect voor de diverse culturen, levensopvattingen, zienswijzen aan.
We nemen ook zelf onze verantwoordelijkheid en voeren ambitieuze streefcijfers in voor de samenstelling van het stadspersoneel, in alle departementen en op alle niveaus. Zo tonen we dat de stad iedereen naar waarde schat. We stimuleren bedrijven die overheidsopdrachten willen, om mensen van vreemde origine of uit andere kansengroepen tewerk te stellen. Wie discrimineert komt niet in aanmerking. Verenigingen die subsidies aanvragen, stimuleren we om mensen met een andere herkomst of uit andere kansengroepen te betrekken.
In ons vorig lokaal programma schreven we: “De stad zorgt ervoor dat de advies- en participatieraden een afspiegeling zijn van de lokale samenleving. We nemen maatregelen zodat de lokale diversiteitsraad bij alle mensen met een migratieachtergrond goed gekend is en open staat voor hun klachten en voorstellen. Het stadsbestuur vraagt advies aan de diversiteitsraad over alle onderwerpen die een impact hebben op het samenleven in diversiteit. Het stadsbestuur breidt de middelen uit voor de ontwikkeling van het integratiebeleid dat opgevolgd wordt door de diversiteitsraad en gerealiseerd wordt door een sterke integratiedienst dat het 3-sporenbeleid uitvoert: de toegankelijkheid van de voorzieningen verbeteren; racisme aanpakken en bevordering van positieve beeldvorming over ‘samenleven in diversiteit’; emancipatie en participatie van de mensen met een migratieachtergrond stimuleren op school, de vrije tijd, het verenigingsleven, professioneel, cultureel.”
Maar wat hebben we vastgesteld. De integratiedienst met zeer bevlogen medewerkers en voldoende ondersteuning door de stad, werd afgeschaft ‘omdat dit niet meer nodig was om de Vlaamse ondersteuningsmiddelen voor minderhedenbeleid te kunnen ontvangen’. Ook de diversiteitsraad, die geen omkadering en geen op te volgen integratiedienst meer had, verdween in de periode dat veel adviesraden aan hun lot werden overgelaten. We moeten zeker zo snel als mogelijk de integratiedienst met haar diversiteitsraad herstellen zodat het zeer belangrijke diversiteitsbeleid terug opgestart kan worden.
2. Een stad waar racisme of discriminatie geen kans krijgt
- We stellen een actieplan tegen racisme op. Met concrete doelstellingen en een jaarlijkse evaluatie.
- Voor het stadspersoneel en de lokale politie organiseren we trainingen in het omgaan met racisme. We tolereren geen racisme of discriminatie bij de politie en andere stadsdiensten.
- We behouden de vrijheid van dragen van kenmerkende uiterlijkheden voor stadspersoneel wanneer die geen uitsluiting, discriminatieof vijandigheid tegenover andere groepen propageren en de veiligheid van de job en de openbare orde, noch de veiligheid van de job en de openbare orde bedreigen.
- Bij de scholen dringen we erop aan geen hoofddoekenverbod te hanteren.
- We voeren praktijktesten en andere onderzoeksvormen op langere termijn in om discriminatie op te sporen, in de eerste plaats op de woon- en arbeidsmarkt maar ook in de horeca, het stedelijk personeelsbeleid, de lokale economie en het politiekorps. Aan effectieve discriminatie bij praktijktesten worden ook effectieve sancties gekoppeld.
- We stellen een meldpunt racisme in.
- Het lokaal toewijzingsreglement in de sociale huisvesting mag niet leiden tot uitsluiting, bijvoorbeeld door taalvereisten.
Meer achtergrondinformatie
Racisme discrimineert en vernedert mensen en neemt hen hun mensenrechten af. Het verdeelt mensen en zet ze tegen elkaar op. Racisme maakt het onmogelijk om samen de echte verantwoordelijken van onrecht en ongelijkheid aan te pakken. We stellen een jaarlijks actieplan op om racisme te bestrijden. We voorzien in antiracistische vorming van het stedelijk personeel en in trainingen over hoe omgaan met racisme.
In de scholen willen we geen discriminatie of uitsluiting op basis van kenmerken of gebruiken die leven bij een bepaalde groepen, en die geen inbreuk vormen op de goede zeden, de ontwikkelingsmogelijkheden en de goede orde in de klas, bijvoorbeeld een hoofddoek van meisjes of jongens, specifieke zaken die horen bij bepaalde genders. Culturele of religieuze gewoonten moeten kunnen, en mag je sowieso niet willen veranderen onder dwang. Dergelijk verbod leidt in de feiten enkel tot discriminatie.
We voorzien ook in Mortsel een meldpunt racisme (i.s.m. UNIA) om discriminatie structureel te bestrijden. Discriminatie voorkomen, opsporen en aanpakken, dat wordt de missie van de partners en stedelijke beambten. De proactieve praktijktesten en andere onderzoeksvormen die discriminatie kunnen aantonen, worden een belangrijk instrument in hun handen. Daarmee kan discriminatie op de woon- en arbeidsmarkt, in het onderwijs, de gezondheidszorg en het uitgaansleven zwart op wit worden aangetoond. Het agentschap adviseert het stadsbestuur ook voor een beleid dat discriminatie voorkomt en aanpakt.
Racisme krijgt minder kans en wordt eerder aangepakt als er een positieve beeldvorming bestaat over leven in diversiteit. Op verschillende terreinen kan hieraan gewerkt worden: cultureel, sportief, culinair, muzikaal, religieus, … waarbij vooral kennismaking en ontmoeting voorop staan en de onderlinge kruisbestuiving tot nieuwe initiatieven kan leiden die verfrissend zijn voor de samenleving.
3. De diverse groepen actief betrekken
- We verdedigen een actief en open diversiteitsbeleid, met ruimte voor alle vormen van diversiteit op vlak van gender, leeftijd, beroepsgroep, gezondheid, beperkingen, religie.
- We organiseren de interreligieuze dialoog en we betrekken de verschillende gemeenschappen bij de stedelijke organisatie van religieuze feesten en tradities.
- We werven ook ‘bruggenbouwers’ aan in onze stad. Dat zijn mensen die zich dagelijks inzetten om het samenleven tussen de gemeenschappen vooruit te helpen. Zij kennen de gevoeligheden in de stad en willen dat de samenleving als geheel erop vooruitgaat.
Meer achtergrondinformatie
De stad voorziet de nodige middelen om een lokale integratiedienst uit te bouwen en de diversiteitsraad te versterken zodat de verschillende groepen en personen die omwille van bepaalde kenmerken of eigenschappen het mikpunt kunnen zijn van discriminatie, actief betrokken kunnen worden in de opmaak en uitvoering van het stedelijk beleid ter zake.
We verdedigen een actief intercultureel beleid, dat plaats geeft aan de verschillende religieuze en geloofsgebonden tradities en feesten. Dat betekent dat er dialoog is en dat de verschillende gemeenschappen betrokken worden bij de stedelijke organisatie van religieuze feesten en tradities. Op die manier gebruikt de stad de sterkte van diversiteit om op een positieve manier het samenleven te stimuleren.
We willen dat de stad de verschillende gemeenschappen betrekt, en ook ‘bruggenbouwers’ in onze stad betrekt. Het zijn experts in diversiteit, zij kennen de gevoeligheden die leven in de stad, en zij willen vooral dat de samenleving als geheel erop vooruitgaat. Daarmee voorkomen we beslissingen boven de hoofden van de diverse gemeenschappen.
Wij zijn van oordeel dat het bestuur een voortrekker moet zijn in ontwikkelingen voor sociale vooruitgang, met een onvoorwaardelijk respect voor de rechten van de mens. Vooruitgang op het vlak van democratie en participatie, leven in diversiteit, technologische en digitale vooruitgang, maar ook kinderrechten, rechten van de LGBTQ+-gemeenschap, behoud en versterking van de natuur, het dierenwelzijn moeten we steeds bepleiten. Voor ons moet de solidariteit tussen de mensen in hun strijd tegen uitbuiting en onrechtvaardigheid steeds versterkt worden.
Gewoonten, en zeker religieuze gebruiken en tradities, laten evolueren met de tijdgeest en de technische evolutie, vereist een draagvlak in de betrokken gemeenschappen. Dat draagvlak creëren vraagt tijd, dialoog en overleg. Zo kan men pas evolueren naar nieuwe akkoorden over bijvoorbeeld erkenning van nieuwe feestdagen of rituele gebruiken bij de betrokken religieuze gemeenschappen. Verbodsbepalingen kunnen enkel de bestaande discriminaties voeden en vergroten wanneer ze gebeuren in een maatschappelijke sfeer waar een groep beslist over ondergeschikte groepen, waardoor de samenleving meer polariseert.